Gepost door: Frank de Zanger | januari 1, 2014

Kort verhaal: ‘The Pelican’ (Trinidad)

 Romans/eBoeken/Luisterboeken van Frank de Zanger zijn te verkrijgen/bestellen bij uw boekhandel en bij webwinkels. Meer informatie bij Uitgeverij Tournesol: www.tournesol.nl

* * *

Trinidad & Tobago

Terug uit Trinidad, ben ik weer eens gaan graven in oud materiaal. Vijftien jaar geleden was ik ook in Trinidad en gelukkig ondervond ik recentelijk dat het land niet wezenlijk is veranderd. Maracas Beach, het mooie strand aan de noordzijde van het eiland met de bossen uitmondend in het water, is intact gebleven (zie foto). Geen hoogbouw, geen hotels; een simpel levendig strand met hoge golfslag, waar je een biertje en een ‘bake and shark’ kunt halen. De politici die elkaar in de haren vliegen op het eiland; er is niets veranderd. Maar ook is de calypso nog levend, en de steelbands, en het carnaval. Lees hier het tweede korte verhaal over Trinidad (er komt nog een kort verhaal met illustratie), geschreven in 1998; alsof er niets is veranderd.

Uit ‘Wereld-Impressies van een Jetplane- Nomade’, Frank de Zanger, Tournesol, 2000, www.tournesol.nl

The Pelican

Illustratie: Laura de Zanger  (www.lauradezanger.nl)

DE ‘PELICAN’                               Trinidad, 1998

 De ‘Pelican’ is een roemruchte bar aan de rand van Port of Spain, de hoofdstad van het olie- en gasstaatje ‘Trinidad and Tobago’. Ons hotel was mensvriendelijk dicht bij het etablissement uitgekozen: op loopafstand, dat wil zeggen je hoefde niet de auto in om er te komen, en al helemaal niet om weer terug te komen bij het hotel. Veilig dus; zo veilig, dat je bij wijze van spreken wel iedere avond de kroeg in kon.

Een heel merkwaardige tent, die ‘Pelican’: een soort bier- en rumbunker binnenin, waar keiharde muziek uit manshoge luidsprekers dendert, en waar hier en daar voor een koude luchtstroom wordt gezorgd door airconditioners die proberen de ruimte – die aan één kant gewoon open is – te koelen. Bij die open zijde is een vrij klein ‘buitengebied’ met bar en hamburgertent. Als deze ruimte vol gestroomd is met drankgasten ga je naar het geasfalteerde parkeerterrein dat daar bij aansluit. En als het druk is, is het ook druk, dan staat er geen enkele auto op dat asfalt, alleen staan er barklanten. Dat parkeerterrein is de enige plaats waar je redelijk kunt praten. Maar praten hoeft helemaal niet in de ‘Pelican’. Je moet drinken en kijken, en als je wil in de bierbunker binnenin ‘winen’, of op andere wijze dansen.

Dat kijken is heel belangrijk. Iedereen kijkt naar iedereen. Vooral voor de mannen valt er veel te zien. Nu moet bij de lezer de fantasie niet op hol slaan, want Port of Spain is een dorp: iedereen kent iedereen. En hij of zij die denkt een zekere (gunstige) reputatie te bezitten, zal wel verduveld goed oppassen waar bij te gaan staan. Maar, als je niet te veel naar mini-groepjes kijkt, dan loopt eigenlijk iedereen in de ‘Pelican’ wel door elkaar: zwarten, kleurlingen, blanken, Zuid-Amerikanen, een enkele Indiër en Aziaat, wat toeristen en wat expatriates, zoals ik. En de ‘Pelican’ is misschien wel de enige plek in Trinidad waar het allemaal zo gemakkelijk door elkaar loopt. Want Trinidad is een gesegregeerd land. Zo zijn er in bepaalde clubs vaste avonden voor Indiërs, voor blanken, zwarten, kleurlingen enz. Niet dat anderen dan niet naar binnen mogen, maar als je de situatie kent, doe je het gewoon niet.

De ‘Pelican’ is het vaste honk voor de ‘Hash House Harriers’, de joggers-en-drinkers-club, die wereldwijd (meestal) zaterdags de gebieden rond de grote steden onveilig maken. Ze rennen door buitenwijken, door sawahs, door zoutpannen, door de jungle, door parken, over steppen, door hitte en door koude. Zaterdagavond, als er gerend is, bier gedronken aan de straatkant onder de sterrenhemel, en hier en daar wat gegeten, dan komt de harde kern in korte broek en bemodderde renschoenen de bierbunker binnen. Eén keer per jaar, tijdens carnaval, wordt in de ‘Pelican’ de ‘Hash Calypso Competitie’ gehouden. Ik heb me gewaagd aan dit evenement voor de Hash-groep, waar ik regelmatig in meebuffelde. Mijn calypso is niet het winnende nummer geworden, maar het is wel universeel toepasbaar, d.w.z. in buitenwijken, op de sawahs, in de zoutpannen, in de jungle, in de parken, op de steppen, in hitte en koude.

Het lied is door een vrouwelijke Hash-runner gezongen op 21 februari 1998, op muziek gecomponeerd door de plaatselijke Hash-band. Zelf was ik er niet bij. Ten eerste omdat het er naar uitzag dat de muziek niet op tijd af was (maar op het laatste moment is in Trinidad altijd nog vroeg genoeg) en ten tweede omdat ik een beetje ontregeld was na een pré-carnavalsfeest op de Country Club van Port of Spain, waar een man of tweeduizend in een gek pakje aan meedeed. Hier komt de Hash Calypso, en ik wil het horen in buitenwijken, op sawahs, in zoutpannen, in de jungle, in parken, op steppen, in hitte en koude.

HASH CALYPSO: ‘HASH AND TRASH’

verse 1

We hashers from an-y-where

We run and run

Follow the hare

We run through track and town

Hills hi and lo

Up and down

Let’s hash and trash

Let’s hash and splash

On on… on on

Down down down

verse 2

We run through field and lane

With spirit high

But complete insane

On and on, yell it loud

And run like hell

Work it out

Let’s hash and trash

Let’s hash and splash

On on… on on

Down down down

verse 3

At the end we just begin

We wine and lime

Dance us slim

We drink what we have lost

We drink it down

At any cost

Let’s hash and trash

Let’s hash and splash

On on… on on

Down down down

verse 4

With us you can’t win a prize

We wine and lime

Not always wise

Get on your sexy running gear

On on on, that’s

We wanna hear

Let’s hash and trash

Let’s hash and splash

On on… on on

Down down down

©  Frank de Zanger


Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Categorieën

%d bloggers liken dit: